Het vakgebied bestaat uit theorieën, feitenkennis en toepassingsmogelijkheden. Een deel van deze kennis is gericht zijn op het meer humaan maken van de gebouwde omgeving. Daarnaast wordt er ingezet op het verbeteren van de relatie van mensen met de natuur. De gebruikswaarde van alle kennis is omvangrijk, bijvoorbeeld bij het maken van ontwerpoplossingen of het opstellen van beleid. Als maatschappij investeren we veel geld en energie in het ontwikkelen van onze fysieke omgeving (gebouwen, parken, steden enzovoort). Omgevingen die niet goed of niet optimaal functioneren zijn niet alleen kostbaar, ze hebben ook een directe negatieve impact op ons welzijn (Gifford, Steg & Reser, 2011). De omgevingspsychologie probeert zoveel mogelijk waardeverlies te voorkomen.